Alles Inclusief
 

Alles Inclusief

Alles Inclusief

€30

About this course

Over:

Met deze les gaan de leerlingen aan de slag met het zoeken naar overeenkomsten, in plaats van kijken naar verschillen. Zij leren op die manier hun vooroordelen tegen te gaan door middel van inleving en empathie. In het kader van groepsvorming en solidariteit, sluit deze les in de afronding bij aan bij Paarse Vrijdag.

Doelgroep:

VO onder- & bovenbouw

Burgerschap leerdoelen:

Vrijheid en gelijkheid

Onderbouw leerlingen leren:

  • het belang van regels in de klas en op school om te kunnen samenwerken;
  • over de basiswaarden vrijheid, gelijkheid en solidariteit als grondslag van de democratische rechtsstaat en de mogelijke spanningen daartussen;
  • over mogelijke dilemma's bij het waarborgen van en het respect voor mensenrechten en manieren om over die dilemma's een eigen positie in te nemen.

Bovenbouw aanbevelingen:

  • Maak ruimte voor onderzoek naar de fundamenten van de democratisch rechtsstaat en de mensenrechten, hier en daar, nu en straks.
  • Laat leerlingen nadenken over de werking, waardering, begrenzing en versterking van grondrechten en mensenrechten hier en op wereldschaal, nu en in de toekomst.
  • Betrek daarbij ook internationale rechtspraak als waarborg voor grondrechten en veiligheid.
  • Laat leerlingen nadenken over huidige en toekomstige dilemma's bij de waarborging van en het respect voor mensenrechten en over manieren om daar een eigen positie over in te nemen.
  • Daag leerlingen uit om op te komen voor de bevordering van basiswaarden in de samenleving en de wereld.
Identiteit

Onderbouw leerlingen leren:

  • uit te drukken en te onderzoeken met welke groep(en) in cultuur en samenleving ze zich verbonden voelen en wat dat voor henzelf betekent;
  • uit te drukken wat eigen idealen, overtuigingen, oordelen en vooroordelen zijn;
  • te reflecteren op de mate waarin hun persoonlijke identiteit mede gevormd is en wordt door leeftijdgenoten, groepsidentiteiten, tradities en/in socialisatie-processen, hun eigen mogelijkheden en beperkingen, en hoe dat alles hen dat helpt of hindert om rollen of identiteitsposities te exploreren;
  • relaties te leggen tussen verschillende aspecten die hun identiteit mede vormgeven en mogelijk met elkaar op gespannen voet staan: gender, levensbeschouwing, religie, cultuur, sociaaleconomische achtergrond, politieke en seksuele oriëntatie; regionale en/of nationale identiteit(en) en/in Europa;
  • te reflecteren op hoe schoonheidsidealen, gender, sekse en seksualiteit, etniciteit en (on)gelijkheid in de maatschappij gerepresenteerd worden en hoe zij zich daar bewust toe willen verhouden.

Bovenbouw aanbevelingen:

  • Nodig leerlingen uit zich over de denk- en ervaringswereld van anderen te informeren en die voor zover mogelijk vanuit een binnenperspectief te onderzoeken en te beschrijven.
  • Laat leerlingen breed onderzoeken wat hun ambities en hun toekomstverwachtingen zijn in relatie tot hun talenten en hun ontwikkelmogelijkheden; laat hen dit gericht inzetten bij het maken van een zelfstandige en gerichte keuze voor een beroep, vervolgopleiding en vrije tijd.
  • Laat leerlingen analyseren hoe en reflecteren op de mate waarin hun identiteit mede gevormd is en wordt door hun eigen mogelijkheden en beperkingen, door leeftijdsgenoten en groepsidentiteiten, en geeft hen de ruimte en de rolmodellen om daar als individu een eigen positie tegenover in te kunnen nemen.
  • Vraag leerlingen uit te leggen met welke groep(en) in cultuur, samenleving en politiek ze zich verbonden voleen en wat dat voor hun handelen als individu en als burger betekent.
  • Prikkel leerlingen om te onderbouwen en te verantwoorden wat hun idealen en overtuigingen zijn, ook in het licht van de zgn. mondiale thema's.
 
Diversiteit

Onderbouw leerlingen leren:

  • zich binnen hun mogelijkheden in de beleving en het perspectief van de ander te verplaatsten;
  • rekening te houden met het welbevinden van anderen en hun overwegingen en gedrag, inclusief hun taaluitingen, gericht aan sociale situaties aan te passen;
  • overeenkomsten en verschillen in waarden en overtuigingen te herkennen, te bespreken en te wegen; verschillen van inzicht te onderzoeken als verschillende claims op waarheid en deze zo nodig naast elkaar kunnen laten bestaan.

Bovenbouw aanbevelingen:

  • Laat leerlingen oefenen om gewogen standpunten in te nemen over diversiteitsvraagstukken in relatie tot het eigen leven en de mogelijke spanningsverhouding tussen individuele identiteit(en) en collectieve identiteit(en).
  • Laat leerlingen reflecteren op cultureel bepaalde normen en waarden rond gender en seksualiteit in Nederland en in de wereld. Laat hen nadenken over de mogelijkheid en de wenselijkheid om seksuele en reproductieve gezondheid én rechten in de wereld te effectueren.
  • Daag leerlingen uit om de denk- en ervaringswereld van mensen met andere overtuigingen, mogelijkheden en effectieve rechten vanuit hun context te verstaan.
  • Laat hen de overeenkomsten en verschillen tussen waarden, (geloofs-)overtuigingen en cultureel bepaalde uitdrukkingsvormen en levenswijzen van de eigen en andere groepen en verschillen daartussen analyseren.
Solidariteit

Onderbouw leerlingen leren:

  • vraagstukken rond discriminatie, inclusie, rechtvaardigheid en solidariteit in Nederland en elders te onderzoeken; de ruimte die er is om daar verandering in te brengen te onderzoeken en zo mogelijk te gebruiken;
  • in te zien dat mensen verschillende belangen, overwegingen en overtuigingen hebben, en dat dit spanningen op kan leveren;
  • het eigen handelen en dat van anderen af te wegen tegen notities van solidariteit en rechtvaardigheid;
  • manieren om opvattingen te verwoorden, ook als dit een minderheidsstandpunt is; respectvol en empathisch om te gaan met opvattingen van anderen, ook als dat minderheidsstandpunten zijn.

Bovenbouw aanbevelingen:

  • Daag leerlingen uit om ruimte voor zichzelf en voor anderen om rechtvaardigheid en solidariteit te bevorderen bewust te gebruiken, na te denken over mogelijkheden om die ruimte voor zichzelf en voor ander te vergroten en hierop zo mogelijk te handelen.
  • Laat leerlingen nadenken over de mate waarin vraagstukken van rechtvaardigheid en solidariteit te maken hebben gehad en mogelijk zullen hebben met hun eigen carrièreperspectieven en de te kiezen vervolgopleiding.
Denk- en handelwijzen

Onderbouw leerlingen leren:

  • conflictsituaties in het klein en het groot te onderzoeken in termen van verschil van inzicht of belang; hoe ze zulke verschillen van inzicht en belang bespreekbaar kunnen maken en zo mogelijk kunnen overbruggen; verkennen of sommige verschillen van inzicht inderdaad zo fundamenteel zijn dat ze niet kunnen worden opgelost;
  • zich in de situatie en de beleving van een ander te verplaatsen en daar in hun overwegingen en gedrag, inclusief taaluitingen, bewust rekening mee houden;
  • het perspectief van mensen met andere overtuigingen, mogelijkheden en effectieve rechten te herkennen en te beschrijven; het gedrag van anderen te herleiden tot hun persoonlijke nomen, groepsnormen of situaties en kunnen dat ook toelichten;
  • om te gaan met verschillende belangen en overtuigingen die mensen kunnen hebben, waaronder ook overtuigingen die van de mening van een groep of van de algemene norm afwijken; een en ander af te wegen tegen de eigen waarden en algemeen geldende principes.

Bovenbouw aanbevelingen:

  • te reflecteren op de rol van emoties en overtuigingen in het eigen handelen, en zo nodig het handelen en die overtuigingen bij te stellen en/of die emoties te onderzoeken; zich over de ervaringswereld van de anderen te informeren en die voor zover mogelijk vanuit een binnenperspectief te beschrijven;
  • de denk- en ervaringswereld van mensen met andere overtuigingen, rechten en mogelijkheden vanuit hun context te verstaan; de overeenkomsten en verschillen tussen de waarden, (geloofs-)overtuigingen en cultureel bepaalde uitingsvormen en levenswijzen van de eigen en van de andere groepen te analyseren. 
 

Aangeboden door:

Organisatie