Krachtbronnen | groep 3 – 4 – 5
 

Krachtbronnen | groep 3 – 4 – 5

Krachtbronnen | groep 3 – 4 – 5

€30

About this course

Over:

Krachtbronnen is een geïntegreerde methode burgerschap, sociaal emotionele ontwikkeling en levensbeschouwelijke vorming. Het bestaat per leerjaar uit 4 thema’s van elk 6 lessen. Per thema staan in de onderbouw de avonturen van het robotje Bèta centraal. De verhalen worden geïllustreerd met een grote digitale praatplaat. De avonturen van Bèta zetten de leerlingen aan tot reflectie en handelen. Hun gedachten en ervaringen geven ze op hun eigen wijze weer in hun werkervaringsboekje.

Doelgroep:

Groep 3, 4 en 5

Burgerschap leerdoelen:

Vrijheid en gelijkheid
Onderbouw leerlingen leren:
  • het belang van regels in de klas en op school voor spelen en samenwerken;
  • leefregels en afspraken thuis en in de omgeving te benoemen en te vergelijken;
  • dat zij vrijheid hebben in het maken van keuzes, rekening houdend met de keuzes van medeleerlingen en de geldende afspraken in de klas.
  • dat iedereen rechten en plichten heeft.
Macht en inspraak
Onderbouw leerlingen leren:
  • dat er regels en afspraken gelden thuis, op school en in de publieke ruimte, en welke consequenties het kan hebben als je regels overtreedt of afspraken schendt;
  • dat er mensen zijn benoemd of gekozen die gezag hebben of dragen op school, in de woonplaats en in het land;
  • dat er regels en afspraken gelden in ons land en welke rol verschillende mensen hebben bij het handhaven ervan;
  • het verschil tussen regels en afspraken, en de mogelijkheden en grenzen voor leerlingen om daar over mee te praten.
Democratische cultuur
Onderbouw leerlingen leren:
  • om te gaan met hun wensen en hun opvattingen en leren zich hierover uit te spreken;
  • de gevoelens, wensen en opvattingen van anderen te herkennen;
  • te accepteren dat anderen iets anders willen, maar dat dit niet tot een conflict hoeft te leiden;
  • hun stem te gebruiken tijdens gezamenlijke besluitvormingsprocessen;
  • dat de ander ook een stem en mogelijk een ander gezichtspunt heeft; leren hier naar te luisteren en vragen te stellen om meer over de ander en zijn of haar gezichtspunt te weten te komen;
  • conflicten in de klas op een vreedzame manier op te lossen.
Identiteit
Onderbouw leerlingen leren:
  • de eigen grenzen te herkennen, te benoemen en te bewaken (emotioneel, fysiek);
  • woorden te geven aan wat ze denken, doen, willen en willen worden; leren dat hun taal of talen deel uitmaken van wie zij zijn;
  • te benoemen wat ze al kunnen en wat nog niet; wat ze leuk vinden om te doen;
  • hun primaire emoties te herkennen, benoemen en ermee om te gaan;
  • te benoemen wat bij hen thuis belangrijke tradities, vieringen en rituelen zijn.
  • over zichzelf te praten in termen van toen, nu en later, hier en daar;
  • te benoemen wat bij hen thuis belangrijke tradities, vieringen en rituelen zijn.
Diversiteit
Onderbouw leerlingen leren:
  • de primaire emoties met de bijbehorende lichaamstaal van een ander te herkennen en benoemen;
  • de grenzen (emotioneel en fysiek) van de ander te herkennen en daar rekening mee te houden;
  • fysieke kenmerken van zichzelf te benoemen en te vergelijken met die van de ander;
  • over vriendschap en verliefdheid;
  • de eigen gezinssituatie en thuiscultuur of -culturen te vergelijken met die van een ander;
  • woorden te geven aan wat de ander doet en wil en daarin overeenkomsten en verschillen te ontdekken;
  • samen en/of met hulp van anderen onderlingen conflicten vreedzaam op te lossen.
Solidariteit
Onderbouw leerlingen leren:
  • eenvoudige taken en problemen uit te voeren of op te lossen met respect voor de afspraken die onderling gemaakt zijn;
  • te benoemen wat ze zelf nodig hebben; te zien wat anderen nodig hebben en wat dat betekent voor hun eigen handelen;
  • in concrete situaties te herkennen en te benoemen wat ze eerlijk vinden of oneerlijk, goed dan wel slecht, welke spanningen dit op kan leveren en wat dat kan betekenen voor hun handelen;
  • over in- en uitsluiting en pesten in de klas.
Digitaal samenleven
Onderbouw leerlingen leren:
  • verschillende vormen van (media)boodschappen te (her)kennen.
Duurzaamheid
Onderbouw leerlingen leren:
  • duurzame keuzes en gedrag te herkennen aan voorbeelden uit de eigen omgeving.
Globalisering
Onderbouw leerlingen leren:
  • over manieren waarop zij en klasgenoten verbonden zijn met mensen uit andere delen van de wereld;
  • gewoonten en gebruiken van henzelf en van klasgenoten te herkennen als komend uit verschillende streken en/of tradities.
Technologisch burgerschap

Onderbouw leerlingen leren:

  • verschillende toepassingen van technologie in het dagelijkse leven te herkennen;
  • over de invloed van technologie op henzelf en op de eigen leefomgeving;
  • veranderingen te verkennen die technologische ontwikkelingen teweeg kunnen brengen in hun eigen leefomgeving, nu en straks.
Denk- en handelwijzen
Onderbouw leerlingen leren:
  • zich onder begeleiding te houden aan regels van gesprek en uitwisseling, waaronder actief luisteren en vragen stellen;
  • verschillende manieren om in kleine groepen of met de klas te overleggen; hoe je eenvoudig conflicten kunt voorkomen en een aantal mogelijkheden om ontstane conflicten op te lossen;
  • eenvoudige taken en problemen zelfstandig en in overleg uit te voeren en op te lossen met inachtneming van de geldende afspraken;
  • gericht vragen te stellen over vanzelfsprekendheden die zij binnen en buiten school tegenkomen, onder begeleiding gerichte (onderzoeks)vragen op te stellen en een eenvoudig onderzoek uit te voeren;
  • zich met hulp gericht uit te spreken over de wereld die zij waarnemen. Gericht eenvoudige verbanden leggen tussen verschillende gebeurtenissen en ontwikkelingen;
  • primaire emoties bij zichzelf te herkennen, te benoemen en ermee om te gaan; zij leren de primaire emoties met de bijbehorende lichaamstaal van een ander te herkennen en te benoemen;
  • anderen waar te nemen als mensen met eigen gevoelens en gedachten, daar uitdrukking aan te geven en er rekening mee te houden;
  • in concrete situaties ethische dimensies te herkennen en te benoemen en hun handelen hier zo mogelijk op af te stemmen;
  • het eigen belang en dat van anderen in te zien en te verwoorden; te respecteren wat anderen nodig hebben om in hun behoeften te voorzien; regels te accepteren en te bewaken.

Ervaring:

“We gaan samen met de juf de wereld veranderen. Ik verklap nog niet hoe...”

- Saphia, groep 4

Aangeboden door:

Organisatie